Introductie

Het openbaar vervoer (OV) in Nederland is een belangrijke pijler van de samenleving. Het draagt ertoe bij dat mensen naar hun werk, school en familie kunnen reizen. In onze dynamische samenleving is informatie over het gebruik van het openbaar vervoer van groot belang, voor beleidsmakers, OV-bedrijven en voor de reiziger. De samenleving vraagt om meer informatie over het openbaar vervoer. In deze OV-monitor brengt het CBS het openbaar vervoer in samenhang met andere vervoermiddelen in beeld, en wordt antwoord gegeven op vragen als waarom reizen mensen met het openbaar vervoer, hoe vaak doen ze dat en hoe ver?

In de OV-monitor worden landelijke cijfers over het openbaar vervoer ontsloten, en worden relaties gelegd met andere vormen van vervoer. Daarbij worden verschillende bronnen gebruikt, waaronder OV-chipkaart data van Translink, en data van het CBS die door middel van registers en nationale enquêtes zijn verzameld.

Deze monitor is nog niet af, er zullen uitbreidingen volgen. Uitbreidingen kunnen bestaan uit het toevoegen van nieuwe data van stichtingen, overheden en OV-bedrijven, of door het toepassen van nieuwe visualisaties.

Heeft u vragen over de OV-monitor? Neem daarvoor contact op met het CBS.

Hoe vaak reizen we met het openbaar vervoer en met welk reismotief?

In 2022 maakten inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder gemiddeld 2,7 verplaatsingen per persoon per dag in eigen land. Zij gebruikten het openbaar vervoer voor 4,1 procent van hun dagelijkse verplaatsingen. In 2022 gebeurde 1,9 procent van de verplaatsingen met de trein en 2,2 procent met bus, tram of metro. Het grootste deel van alle dagelijkse verplaatsingen, 42,6 procent, werd gemaakt met de auto als bestuurder of passagier.

Met behulp van onderstaande interactieve visualisatie is te zien hoe vaak inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder zich verplaatsten. Ook is zichtbaar gemaakt hoe het gebruik van het openbaar vervoer zich verhoudt tot andere vervoermiddelen. Door te kiezen voor een reismotief is te zien hoeveel verplaatsingen er gemiddeld per persoon per dag plaatsvonden met dat motief. De beschikbare gegevens zijn per jaar, vanaf 2018.

Via de interactieve kaart is per vervoerwijze zichtbaar hoeveel verplaatsingen er gemiddeld dagelijks per inwoner uit een betreffende woonprovincie hebben plaatsvonden. De woonprovincie hoeft niet overeen te komen met de provincie waar de verplaatsingen zijn gemaakt.

Bron

De cijfers in de visualisaties komen uit deze StatLinetabel. In de StatLinetabel worden ook de ondergrens en bovengrens getoond van een waarde, gebaseerd op 95 procent betrouwbaarheidsmarges. De data zijn te downloaden via de downloadknop in de visualisatie of via het opendataportaal van het CBS.

Over het onderzoek ODiN

ODiN is een enquête waarin aan een deel van de Nederlandse bevolking wordt gevraagd om voor één bepaalde dag van het jaar op te geven waar ze die dag naartoe zijn gegaan, met welk doel, met welk vervoermiddel en hoe lang het duurde om er te komen. Het onderzoek gaat dan ook over de dagelijkse mobiliteit in Nederland.

Bovenstaande visualisaties omvatten de reguliere mobiliteit inclusief binnenlandse vakantiemobiliteit. Tevens worden opeenvolgende werkgerelateerde verplaatsingen met maximaal 3 achtereenvolgende werklocaties tot de reguliere verplaatsingen gerekend. Serieverplaatsingen en (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig behoren niet tot de reguliere verplaatsingen.

ODiN rapporteert alleen over verplaatsingen op Nederlands grondgebied. Bij grensoverschrijdende verplaatsingen wordt het buitenlandse deel buiten beschouwing gelaten.

De korte onderzoeksbeschrijving van het ODiN is hier te vinden.

Hoe ver reizen we met het openbaar vervoer?

In 2022 legde een inwoner van Nederland van 6 jaar of ouder gemiddeld ruim 30 kilometer per dag af in eigen land. Met de trein werd 2,6 kilometer gereisd en met bus, tram of metro bijna 0,8 kilometer. Van de dagelijkse gereisde kilometers werd in 2022 11,3 procent afgelegd met het openbaar vervoer. Met de auto (als bestuurder of passagier) werden de meeste kilometers gereisd. In 2022 werd per persoon gemiddeld 20,6 kilometer met de auto afgelegd.

Met behulp van onderstaande interactieve visualisatie is vanaf 2018 per jaar te zien hoe ver inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder reisden en hoe het gebruik van het openbaar vervoer zich verhoudt tot andere vervoermiddelen die mensen gebruiken om zich te verplaatsen. Door te kiezen voor een reismotief is te zien hoeveel kilometers met dat motief er gemiddeld per persoon per dag afgelegd werden.

Via de interactieve kaart is per vervoerwijze zichtbaar hoeveel kilometers er gemiddeld dagelijks per inwoner van de betreffende woonprovincie werden gereisd. De woonprovincie hoeft niet overeen te komen met de provincie waar de verplaatsingen zijn gemaakt.

Bron

De cijfers in de visualisaties komen uit deze StatLinetabel. In de StatLinetabel worden ook de ondergrens en bovengrens getoond van een waarde, gebaseerd op 95 procent betrouwbaarheidsmarges. De data zijn te downloaden via de downloadknop in de visualisatie of via het opendataportaal van het CBS.

Over het onderzoek ODiN

ODiN is een enquête waarin aan een deel van de Nederlandse bevolking wordt gevraagd om voor één bepaalde dag van het jaar op te geven waar ze die dag naartoe zijn gegaan, met welk doel, met welk vervoermiddel en hoe lang het duurde om er te komen. Het onderzoek gaat dan ook over de dagelijkse mobiliteit in Nederland.

Bovenstaande visualisaties omvatten de reguliere mobiliteit inclusief binnenlandse vakantiemobiliteit. Tevens worden opeenvolgende werkgerelateerde verplaatsingen met maximaal 3 achtereenvolgende werklocaties tot de reguliere verplaatsingen gerekend. Serieverplaatsingen en (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig behoren niet tot de reguliere verplaatsingen.

ODiN rapporteert alleen over verplaatsingen op Nederlands grondgebied. Bij grensoverschrijdende verplaatsingen wordt het buitenlandse deel buiten beschouwing gelaten.

De korte onderzoeksbeschrijving van het ODiN is hier te vinden.

Hoeveel tijd zijn we gemiddeld met het openbaar vervoer onderweg en naar welke bestemmingen?

In 2022 was een inwoner van Nederland van 6 jaar of ouder gemiddeld bijna 73 minuten per dag onderweg in eigen land. 9,3 procent van de dagelijkse reistijd in 2022 was men onderweg met het openbaar vervoer: 5,8 procent met de trein en 3,5 procent met de bus, tram of metro. In 2022 zat een persoon het grootste deel van de reistijd in de auto als passagier of bestuurder (bijna 41 procent).

Met behulp van onderstaande interactieve visualisatie is vanaf 2018 per jaar te zien hoeveel tijd inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder met het openbaar vervoer en andere vervoermiddelen, zoals de auto en fiets, onderweg waren. Door te kiezen voor een reismotief is te zien hoeveel tijd verplaatsingen gemiddeld per persoon per dag met dat motief in beslag namen.

Via de interactieve kaart is per vervoerwijze zichtbaar hoe lang de gemiddelde reisduur was van een inwoner van een betreffende woonprovincie. De woonprovincie hoeft niet overeen te komen met de provincie waar de verplaatsingen zijn gemaakt. Verschil in kleur op de kaart hoeft niet noodzakelijkerwijs een significant verschil aan te duiden.

Bron

De cijfers in de visualisaties komen uit deze StatLinetabel. In de StatLinetabel worden ook de ondergrens en bovengrens getoond van een waarde, gebaseerd op 95 procent betrouwbaarheidsmarges. De data van deze visualisatie is ook te downloaden via de downloadknop in de visualisatie of via het opendataportaal van het CBS.

Over het onderzoek ODiN

ODiN is een enquête waarin aan een deel van de Nederlandse bevolking wordt gevraagd om voor één bepaalde dag van het jaar op te geven waar ze die dag naartoe zijn gegaan, met welk doel, met welk vervoermiddel en hoe lang het duurde om er te komen. Het onderzoek gaat dan ook over de dagelijkse mobiliteit in Nederland.

Bovenstaande visualisaties omvatten de reguliere mobiliteit inclusief binnenlandse vakantiemobiliteit. Tevens worden opeenvolgende werkgerelateerde verplaatsingen met maximaal 3 achtereenvolgende werklocaties tot de reguliere verplaatsingen gerekend. Serieverplaatsingen en (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig behoren niet tot de reguliere verplaatsingen.

ODiN rapporteert alleen over verplaatsingen op Nederlands grondgebied. Bij grensoverschrijdende verplaatsingen wordt het buitenlandse deel buiten beschouwing gelaten.

De korte onderzoeksbeschrijving van het ODiN is hier te vinden.

Woon- en werklocatie

Door het combineren van administratieve loonaangiftegegevens met enquêtegegevens over regionale werkgelegenheid, kan per woon- en werkregio het aantal banen van werknemers in kaart gebracht worden. Het betreft data gebaseerd op gegevens over banen van werknemers in loondienst. ZZP’ers en andere zelfstandigen maken geen deel uit van de schattingen.

Deze data geeft inzicht in het aantal banen van werknemers waarvoor mogelijk een reis wordt gemaakt van een bepaalde woonlocatie naar een werklocatie. De gemeente waar iemand werkt, kan dezelfde gemeente zijn als de gemeente waar deze werknemer woont, maar het is ook mogelijk dat woon- en werkgemeente verschillen.

De kaarten bevatten veel cijfers, daardoor kan het even duren voordat de kaarten verschijnen.

Door in de bovenstaande visualisatie één werkgemeente te kiezen, wordt er voor de gekozen gemeente getoond uit welke woongemeentes werknemers volgens het onderzoek afkomstig zijn, en om hoeveel banen het gaat. In dit onderzoek is meegenomen dat werknemers meerdere banen kunnen hebben.

In de visualisatie hierboven werkt het andersom: door één woongemeente te kiezen, wordt voor deze woongemeente het aantal banen getoond, uitgesplitst naar de gemeente waar mensen werken. Banen van werknemers die in dezelfde gemeente wonen en werken worden ook getoond.

Bron

Het betreft cijfers over het jaar 2022. In de administratieve gegevens over loonaangiften worden gegevens over ‘banen’ geregistreerd. In de visualisaties is het aantal banen van werknemers weergegeven. De woon- en werklocaties zijn in de statistiek ‘Banen van werknemers naar woon- en werkregio’ per baan bepaald. De gemeente waarin de werkgever is gevestigd, kan afwijken van de daadwerkelijke werklocatie. Op basis van de banen van werknemers is ook niet bekend hoe vaak mensen van en naar de woon/werklocatie reizen of op welke manier ze reizen, met de auto, het openbaar vervoer of met een ander vervoersmiddel. Daarnaast kunnen werknemers, afhankelijk van het type beroep, meer of minder dagen thuis werken.

Een onderzoeksbeschrijving is beschikbaar.

De data van de visualisaties zijn te downloaden via de downloadknop in de visualisatie of via deze Statlinetabel.

Op welke tijdstippen van de dag wordt het vaakst met het openbaar vervoer gereisd, voor verschillende weekdagen en maanden?

De onderstaande visualisatie toont het gemiddelde aantal inchecktransacties met de OV-chipkaart per dag van de maand naar tijdstip van inchecken. Omdat één reiziger meerdere malen kan inchecken, is het aantal check-ins hoger dan het aantal reizigers.

Toelichting

De informatie over het aantal check-ins in het openbaar vervoer is samengesteld uit OV-chipkaarttransacties die door Translink zijn verwerkt (zie ook deze pagina). Dit is het aantal check-ins op basis van anonieme, persoonlijke en zakelijke OV-chipkaarten. Gegevens van andere betaalmethoden, zoals wegwerpkaartjes en barcodes, zijn niet inbegrepen.

Hoeveel kilometers Reizen we jaarlijks met het openbaar vervoer?

Inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder legden in 2022 binnen Nederland gezamenlijk 186,9 miljard reizigerskilometers af. Daarvan werd 18,5 miljard kilometer gereisd met het openbaar vervoer. Openbaar vervoerreizigers legden in 2022 14,2 miljard kilometer af met de trein en 4,3 miljard kilometer met bus, tram of metro. In 2022 reisden inwoners van Nederland 11,3 procent van het totaal aantal reizigerskilometers met het openbaar vervoer. De meeste kilometers werden afgelegd als bestuurder van een auto: ruim 50 procent van het totale aantal reizigerskilometers.

In de onderstaande kaart is te zien hoeveel reizigerskilometers inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder per woonprovincie in Nederland aflegden. De woonprovincie hoeft niet overeen te komen met de provincie waar de verplaatsingen zijn gemaakt.

In de taartdiagram is weergegeven hoe veel kilometers inwoners met het openbaar vervoer in Nederland aflegden, vergeleken met andere vervoermiddelen. Door op een provincie te klikken, wordt deze vergelijking voor de gekozen provincie getoond (rechter taartdiagram). Voor sommige provincies is het niet mogelijk om deze taartdiagram te maken doordat er niet genoeg cijfers beschikbaar zijn.

Totale reizigerskilometers afgelegd per provincie

Bron

De cijfers in de visualisaties komen uit deze StatLinetabel. In deze StatLinetabel worden ook de ondergrens en bovengrens getoond van een waarde, gebaseerd op 95 procent betrouwbaarheidsmarges. De data van deze visualisatie is ook te downloaden via de downloadknop in de visualisatie of via het opendataportaal van het CBS.

Over het ODiN onderzoek

ODiN is een enquête waarin aan een deel van de Nederlandse bevolking wordt gevraagd om voor één bepaalde dag van het jaar op te geven waar ze die dag naartoe zijn gegaan, met welk doel, met welk vervoermiddel en hoe lang het duurde om er te komen. Het onderzoek gaat dan ook over de dagelijkse mobiliteit in Nederland.

Bovenstaande visualisaties omvatten de reguliere mobiliteit inclusief binnenlandse vakantiemobiliteit. Tevens worden opeenvolgende werkgerelateerde verplaatsingen met maximaal 3 achtereenvolgende werklocaties tot de reguliere verplaatsingen gerekend. Serieverplaatsingen en (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig behoren niet tot de reguliere verplaatsingen.

ODiN rapporteert alleen over verplaatsingen op Nederlands grondgebied. Bij grensoverschrijdende verplaatsingen wordt het buitenlandse deel buiten beschouwing gelaten.

De korte onderzoeksbeschrijving van het ODiN is hier te vinden.

Op welke dagen is het druk in het OV?

In onderstaande visualisatie is per dag het aantal instappers (check-ins) weergegeven. Met een selectie kan gekozen worden tussen verschillende jaren.

Aan de hand van het aantal check-ins, geregistreerd door Translink, wordt gemeten hoe druk het is in het openbaar vervoer. Het aantal check-in transacties is niet hetzelfde als het aantal reizigers. Mensen kunnen meerdere keren inchecken voor één reis, bijvoorbeeld bij een overstap naar een andere vervoerder, of als ze meerdere reizen maken op dezelfde dag.

De visualisatie toont in een kalendervorm voor iedere dag in het jaar het aantal geregistreerde check-in transacties in miljoenen.

Bron

De informatie over het aantal check-ins in het openbaar vervoer is samengesteld uit OV-chipkaarttransacties die door Translink zijn verwerkt (zie ook deze pagina). Dit is het aantal check-ins op basis van anonieme, persoonlijke en zakelijke OV-chipkaarten. Gegevens van andere betaalmethoden, zoals wegwerpkaartjes en barcodes, zijn niet inbegrepen.

Hoeveel instappers zijn er wekelijks in het openbaar vervoer?

Het aantal instappers in het openbaar vervoer is bepaald aan de hand van het aantal check-ins met de ov-chipkaart. Deze zijn beschikbaar gesteld door Translink. Eén persoon kan per reis meerdere keren inchecken; bijvoorbeeld eerst in de bus, dan in de trein, en daarna overstappen op een trein van een andere vervoerder.

De cijfers die hier getoond worden zijn weekcijfers, deze tellen niet altijd op tot jaarcijfers omdat de eerste week van een jaar nog een aantal dagen van het voorgaande jaar en de laatste week een aantal dagen van het volgende jaar kan bevatten.

In 2023 werd er in totaal 1,1 miljard keer ingecheckt in het openbaar vervoer. Dit is een toename van 16 procent vergeleken met 2022 (966 miljoen check-ins), maar nog steeds ruim 13 procent lager dan in pre-coronajaar 2019.

Bron

De informatie over het aantal check-ins in het openbaar vervoer is samengesteld uit OV-chipkaarttransacties die door Translink zijn verwerkt (zie ook deze pagina). Vanaf 1 januari 2023 is dit het aantal check-ins op basis van de OV-chipkaart en de betaalpas of creditcard (OVpay). In voorgaande jaren zijn alleen de check-ins met de OV-chipkaart meegenomen. Gegevens van andere betaalmethoden, zoals wegwerpkaartjes en barcodes, zijn niet inbegrepen.

Hoe ver wonen we van het station en hoeveel auto’s bezit een huishouden gemiddeld per gemeente?

Hoe vaak mensen gebruik maken van de trein lijkt mede af te hangen van hoe dicht mensen bij een treinstation in de buurt wonen. Naast de nabijheid van een treinstation is het ook relevant om te kijken naar het autobezit.

In de onderstaande kaarten kan per gemeente het gemiddelde autobezit per huishouden vergeleken worden met de gemiddelde afstand vanaf de woonlocatie tot aan het dichtstbijzijnde treinstation. Bij het maken van de kaarten zijn de meest recente cijfers gebruikt, waardoor de peilmomenten niet gelijk aan elkaar zijn.

Onderstaande kaarten bevatten veel cijfers, het kan daarom even duren voordat deze verschijnen.

Bron

De gegevens over autobezit zijn afkomstig uit de statistiek “motorvoertuigenpark” op basis van het kentekenregister van RDW. Er is een onderzoeksbeschrijving van het motorvoertuigenpark beschikbaar. Het autobezit per huishouden per gemeente wordt berekend door het totaal aantal personenauto’s van natuurlijke personen (particulieren, eenmanszaken, maatschappen etc.) in een gemeente te delen door het aantal huishoudens in dezelfde gemeente. De cijfers over autobezit per huishouden zijn te vinden in deze tabel.

De gegevens over nabijheid van treinstations zijn afkomstig uit de Nabijheidsstatistieken. De afstand van een bewoond adres tot het dichtstbijzijnde adres van een treinstation wordt berekend over de verharde (auto)weg, dus niet over fiets- en voetpaden. Wegen en treinstations buiten Nederland zijn niet meegenomen. De cijfers in de linker visualisatie hierboven komen uit deze StatLinetabel.

De gegevens over een gemeente kunnen door geheimhouding en/of afronding afwijken van de som van de onderliggende wijken in de desbetreffende gemeente.

Hoe ver wonen we van het station en hoeveel auto’s bezit een huishouden gemiddeld per wijk?

Hoe vaak mensen gebruik maken van de trein lijkt mede af te hangen van hoe dicht mensen bij een treinstation in de buurt wonen. Naast de nabijheid van een treinstation is het ook relevant om te kijken naar het autobezit.

In de onderstaande kaarten kan per wijk het gemiddelde autobezit per huishouden vergeleken worden met de gemiddelde afstand vanaf de woonlocatie tot aan het dichtstbijzijnde treinstation. Bij het maken van de kaarten zijn de meest recente cijfers gebruikt, waardoor de peilmomenten niet gelijk aan elkaar zijn.

Onderstaande kaarten bevatten veel cijfers, het kan daarom even duren voordat deze verschijnen.

Bron

De gegevens over autobezit zijn afkomstig uit de statistiek “motorvoertuigenpark” op basis van het kentekenregister van RDW. Er is een onderzoeksbeschrijving van het motorvoertuigenpark beschikbaar. Het autobezit per huishouden per gemeente wordt berekend door het totaal aantal personenauto’s van natuurlijke personen (particulieren, eenmanszaken, maatschappen etc.) in een gemeente te delen door het aantal huishoudens in dezelfde gemeente. De cijfers over autobezit per huishouden zijn te vinden in deze tabel.

De gegevens over nabijheid van treinstations zijn afkomstig uit de Nabijheidsstatistieken. De afstand van een bewoond adres tot het dichtstbijzijnde adres van een treinstation wordt berekend over de verharde (auto)weg, dus niet over fiets- en voetpaden. Wegen en treinstations buiten Nederland zijn niet meegenomen. De cijfers in de linker visualisatie hierboven komen uit deze StatLinetabel.

De gegevens over een gemeente kunnen door geheimhouding en/of afronding afwijken van de som van de onderliggende wijken in de desbetreffende gemeente.