Dashboard Bevolkingsprognose

Welkom op het Dashboard Bevolkingsprognose. Dit dashboard geeft informatie over de prognoses die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maakt en de varianten van de toekomst die het CBS in samenwerking met het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) heeft opgesteld.

De prognose geeft de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling van de bevolking. Omdat de toekomst onzeker is, laten varianten verschillende toekomstbeelden van de bevolking zien als de ontwikkeling net iets anders verloopt.

Dit dashboard is ontwikkeld door het CBS in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Leeswijzer

De prognoses van het CBS hebben tot doel de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse bevolking te beschrijven. Er worden drie langetermijnprognoses gemaakt: de Bevolkingsprognose, de Kernprognose en de Huishoudensprognose. In samenwerking met het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) heeft het CBS de varianten van de toekomst ontwikkeld.

Het CBS werkt voor de prognoses met een driejaarlijkse cyclus. In december komt een nieuwe Bevolkingsprognose uit, die de omvang en samenstelling van de Nederlandse bevolking tot vijftig jaar vooruit presenteert naar leeftijd, geslacht en herkomst. Een jaar later wordt in december de Kernprognose gepubliceerd, die de verwachte omvang en samenstelling van de bevolking alleen naar leeftijd en geslacht beschrijft. Tegelijk met de Kernprognose wordt de Huishoudensprognose gepubliceerd. Deze beschrijft de ontwikkeling van het aantal huishoudens naar type (eenpersoonshuishouden, paar, eenoudergezin, etc.) en van het aantal inwoners naar huishoudenspositie (alleenstaande, inwonend kind, etc.). Een jaar later volgt weer een Kernprognose. In het verleden maakte het CBS daarnaast een regionale prognose van het aantal inwoners en huishoudens per gemeente voor de middellange termijn in samenwerking met het Planbureau voor de leefomgeving (PBL).

Varianten van de toekomst
In het project ‘Verkenning Bevolking 2050’ hebben het NIDI en het CBS zeven toekomstige bevolkingsvarianten opgezet, elk uitgaand van een andere ontwikkeling voor de geboortecijfers, levensverwachting en internationale migratie. De toekomstvarianten vormen een aanvulling op de bestaande bevolkingsprognoses van het CBS. De varianten van de toekomst zijn voor het eerst in 2020 gepubliceerd, daarna volgt in 2024 een update.

Edities
In dit dashboard zijn cijfers en figuren van verschillende edities van de prognoses en varianten opgenomen. De edities zijn aangeduid met het jaartal van publicatie.

Introductie

De Bevolkingsprognose beoogt de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse bevolking te beschrijven. Deze verwachting kent ook onzekerheden. Zo kan het aantal migranten van jaar tot jaar sterk fluctueren. Ook is niet zeker of de stijging van de levensduur in de toekomst in hetzelfde tempo door zal zetten en of Nederlanders een voorkeur voor gezinnen met twee kinderen blijven houden.

De Bevolkingsprognose betreft de omvang en samenstelling van de Nederlandse bevolking in de toekomst. De standcijfers (aantal inwoners naar leeftijd, geslacht en herkomst) hebben betrekking op 1 januari van het prognosejaar. De stroomcijfers (geboorte, sterfte, immigratie, emigratie) hebben betrekking op de ontwikkeling gedurende het prognosejaar. De Bevolkingsprognose wordt eens in de drie jaar gepubliceerd. In de tussenliggende jaren wordt een Kernprognose gepubliceerd. De Kernprognose betreft uitsluitend het inwonertal en de bevolkingsstromen (geboorte, sterfte, immigratie en emigratie) naar leeftijd en geslacht. De Kernprognose is een bijstelling van de Bevolkingsprognose, waarin de veronderstellingen voor de korte termijn zijn aangepast op basis van de waargenomen ontwikkelingen in het voorgaande jaar, zonder het onderscheid naar herkomst.

Bevolking

Kerncijfers prognose van de bevolking

In de grafiek is het verloop van de bevolking in het verleden en de verwachte ontwikkeling in de toekomst te zien.

Bevolkingspiramide

In de bevolkingspiramide is de bevolkingsopbouw van Nederland per jaar te zien. Voor elke leeftijd staat links het aantal mannen en rechts het aantal vrouwen. De piramide geeft de prognose voor de komende decennia, maar heeft ook cijfers vanaf 1950. Met de afspeelknop is de ontwikkeling door de jaren te zien.

Bevolkingsopbouw

Onderstaande grafiek geeft de ontwikkeling van de bevolking weer naar verschillende leeftijdsgroepen.

Ontwikkeling

De bevolking neemt toe doordat er kinderen worden geboren en er mensen immigreren. De bevolking neemt af doordat mensen overlijden en emigreren. Onderstaande grafiek geeft de bijdrage van geboorte, sterfte, immigratie en emigratie aan de bevolkingsgroei in het verleden weer en de verwachtingen voor de toekomst.

Introductie

De omvang en samenstelling van de bevolking in de toekomst hangen af van de ontwikkeling van de migratie, geboorte en sterfte. Die ontwikkelingen zijn onzeker. Daarom worden toekomstige bevolkingsvarianten uitgerekend. De varianten van de toekomst laten zien hoe anders de bevolking er in de toekomst uit zal zien als migratie, kindertal en levensverwachting zich anders ontwikkelen dan de Bevolkingsprognose veronderstelt. De toekomstvarianten vormen een aanvulling op de Bevolkingsprognose. De Bevolkingsprognose (=middenvariant) is gebruikt als uitgangspunt: de varianten laten variaties omhoog en omlaag ten opzichte van de middenvariant zien. De informatie op dit deel van het dashboard is gebaseerd op het onderzoek ‘Verkenning Bevolking’, dat het NIDI en het CBS in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben uitgevoerd.

In de figuren hieronder staan de ontwikkelingen en veronderstellingen waarmee de bevolkingsvarianten zijn doorgerekend.

Varianten Verkenning Bevolking

Veronderstellingen (gemiddelde over de periode 2019-2049)

Bevolking

Verwachte omvang en samenstelling in 2050

Elk van de zeven varianten van de verkenning komt op een andere bevolkingsomvang in de toekomst uit. En ook de bevolkingssamenstelling qua geslacht, leeftijd en herkomst komt verschillend uit. Onderstaande figuur laat voor elke samenstellings-element de verwachte bevolking zien.

Onderstaande figuur laat voor elke leeftijdsgroep de verwachte samenstelling van de bevolking zien.

Verschillende soorten druk

Om inzicht in de verhouding van het niet-werkende deel van de bevolking tot het werkende deel van de bevolking te krijgen, kan gekeken worden naar de demografische druk. Dat cijfer drukt de verhouding uit tussen het aantal personen van 0 tot 20 jaar en 65 jaar of ouder en het aantal personen van 20 tot 65 jaar. In elk van de varianten van de Verkenning ontstaat een andere verhouding tussen deze leeftijdsgroepen. Daarnaast kunnen ook de groene druk en de grijze druk bekeken worden in onderstaande figuur.

Bevolkingspiramide 2050

In de bevolkingspiramide zie je de bevolkingsopbouw van Nederland in een bepaald jaar. Voor elke leeftijd staat links het aantal mannen en rechts het aantal vrouwen. De balkjes geven de middenvariant weer. Door een of meerdere varianten te kiezen (de lijntjes) kun je zien hoe de bevolkingsopbouw er in de toekomst ook uit kan zien.






Verwachte bevolkingsontwikkeling

Elk van de zeven varianten van de verkenning veronderstelt andere toekomstige aantallen voor wat betreft geboorte, sterfte, immigratie en emigratie. Onderstaande figuren laten voor elke samenstellings-element de verwachte toekomstige aantallen per jaar zien.


Bronnen

Algemene beschrijving
De Basisregistratie Personen (BRP) is de digitale bevolkingsregistratie van Nederland, en (sinds 2014) de opvolger van de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). De BRP bevat gegevens over ingezetenen en niet-ingezetenen. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het bijhouden van de gegevens over ingezetenen. Gegevens over niet-ingezetenen worden bijgehouden door het ministerie van BZK. Elke persoon die naar verwachting ten minste vier maanden rechtmatig in Nederland verblijft, moet ingeschreven worden als ingezetene. Wanneer iemand niet aan deze voorwaarden voldoet maar wel een relatie heeft met de Nederlandse overheid, wordt de persoon ingeschreven als niet-ingezetene. Te denken valt aan mensen die buiten Nederland wonen en hier werken, studeren, onroerend goed bezitten, vanuit Nederland een uitkering genieten, enzovoorts. In de praktijk schrijft een deel van de EU-immigranten zich niet in als ingezetene in de BRP. Ingezetenen die naar verwachting ten minste acht maanden buiten Nederland verblijven, worden niet-ingezetene. In de BRP zijn van iedere ingeschrevene gegevens als burgerservicenummer (BSN), geboortedatum, geslacht, geboorteland en woonplaats geregistreerd, van ingezetenen bovendien gegevens over de ouders, partners en kinderen. Voor ingezetenen wordt een adres in Nederland geregistreerd, voor niet-ingezetenen een adres buiten Nederland. Voor meer informatie over de BRP wordt verwezen naar de website van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens http://www.rvig.nl/brp.

Leverancier
Gemeenten

Integraal of steekproef


Periodiciteit
Gegevens worden doorlopend geactualiseerd.

Bijzonderheden
In deze Verkenning zijn alleen ingezetenen in de BRP opgenomen, oftewel exclusief personen in het niet-ingezetenen-register.

Link naar onderzoeksbeschrijving
Algemene beschrijving
De migratiemotieven van immigranten met een nationaliteit van een land buiten de EU/EFTA zijn afkomstig van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van het ministerie van Justitie en Veiligheid en gebaseerd op de eerste verblijfsvergunning die de IND heeft afgegeven (asiel, arbeid, gezin, studie, overig).

Leverancier
Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)

Integraal of steekproef


Periodiciteit
Jaarlijks

Bijzonderheden


Link naar onderzoeksbeschrijving
Algemene beschrijving
Het doel van het opleidingsniveaubestand is om voor een zo groot mogelijk deel van de Nederlanders het hoogste behaalde en hoogst gevolgde opleidingsniveau vast te leggen zodat tal van onderzoeken kunnen worden uitgebreid met informatie over opleidingsniveau. De doelpopulatie omvat alle personen die op 1 oktober van het verslagjaar in een Nederlandse gemeente zijn ingeschreven. Via registers is van ruim 11 miljoen Nederlanders het opleidingsniveau waargenomen. Via steekproefonderzoek is van 900 duizend Nederlanders het opleidingsniveau waargenomen. De aantallen nemen jaarlijks toe omdat de waarneming cumulatief is: eerder gedane waarnemingen worden voor een nieuw verslagjaar opnieuw gebruikt en uitgebreid met nieuwe waarnemingen. Die nieuwe waarnemingen betreffen deels personen die eerder niet waren waargenomen en deels nieuwe diploma’s die zijn behaald door personen die eerder al waren waargenomen.

Leverancier
Registergegevens worden beschikbaar gesteld door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen en de gemeenten (de Basis Registratie Personen). De enquêtegegevens zijn afkomstig van de Enquête beroepsbevolking (EBB).

Integraal of steekproef


Periodiciteit
Jaarlijks

Bijzonderheden
Het opleidingsniveaubestand is deels gebaseerd op steekproefwaarneming. Om die reden is sprake van een onbetrouwbaarheidsmarge. Die onbetrouwbaarheidsmarge kan sterk variëren al naar gelang de deelpopulatie die in ogenschouw wordt genomen. Een deelpopulatie die uit veel ouderen bestaat zal gepaard gaan met een verhoudingsgewijs grote onbetrouwbaarheidsmarge, omdat de waarneming onder ouderen sterker leunt op steekproefwaarneming.

Link naar onderzoeksbeschrijving
Algemene beschrijving
De populatie van dit bestand bestaat uit alle immigranten met een niet-Nederlandse nationaliteit op het moment van immigratie. De immigratiedatum, nationaliteit, leeftijd en verblijfsduur zijn bepaald op basis van de Basisregistratie Personen (BRP). De sociaaleconomische categorie en het afgeleide migratiedoel (voor immigranten met een nationaliteit van een land binnen de EU/ European Free Trade Association (EFTA)) wordt vastgesteld op basis van gegevens uit het Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden. Om het afgeleide doel te bepalen, is een selectie gemaakt van alle immigranten die zich sinds 1999 in Nederland hebben ingeschreven. Van de geselecteerde immigranten zijn gegevens bekend over onder meer nationaliteit, immigratiedatum, immigratiedatum van de ouders, immigratiedatum van de partner, de datum van aanvang van een baan en de datum van de aanvang van een studie.

Leverancier
Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).

Integraal of steekproef


Periodiciteit
Jaarlijks sinds 1998

Bijzonderheden


Link naar onderzoeksbeschrijving

Begrippen

Landengroep gebruikt in de Varianten van de Bevolking 2050. Dit zijn de landen in Europa (m.u.v. Nederland en Turkije), Azië (m.u.v. het Midden Oosten en Indonesië), Amerika (m.u.v. Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen) en Oceanië. Uit deze landen kwamen sinds 2013 overwegend arbeids- en studiemigranten en hun gezinsleden.
Asielzoeker, statushouder of uitgenodigde vluchteling die is opgenomen in het gemeentelijk bevolkingsregister. Niet iedereen die een asielverzoek indient wordt tot Nederland toegelaten en als immigrant in de gemeentelijke bevolkingsregisters ingeschreven. Asielmigranten die mogen blijven worden meestal pas enige tijd na indiening van hun asielverzoek ingeschreven in de gemeentelijke bevolkingsregisters. Inschrijving in het gemeentelijke bevolkingsregister vindt plaats op het moment dat de asielzoeker een verblijfstitel krijgt en de centrale opvang verlaat. Ook asielzoekers die langer dan een half jaar in een centrale opvangvoorziening verblijven komen in aanmerking voor inschrijving in de gemeentelijke bevolkingsregisters. Degenen die buiten de centrale opvang wonen, worden ingeschreven als zij legaal in Nederland verblijven.
Instroom in Nederland van asielmigranten; zie verder Asielmigrant.
Landengroep gebruikt in de Varianten van de Bevolking 2050. Dit zijn de landen in Afrika, m.u.v. Marokko, of in het Aziatische deel van het Midden Oosten. Uit deze landen kwamen sinds 2013 overwegend asielmigranten en hun gezinsleden.
De bewoners van een bepaald gebied. In de CBS-bevolkingsaantallen zijn uitsluitend personen begrepen die zijn opgenomen in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente. In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats valt aan te wijzen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente Den Haag (Registratie niet-ingezetenen). In de bevolkingsregisters zijn niet opgenomen de in Nederland wonende personen waarvoor uitzonderingsregels gelden met betrekking tot opneming in de bevolkingsregisters (bijvoorbeeld diplomaten en NAVO militairen) en personen die niet legaal in Nederland verblijven.
De toe- of afname van de bevolking. Wordt berekend uit levendgeborenen minus overledenen plus gevestigde personen minus vertrokken personen plus saldo correcties. Exclusief grenswijzigingen en correcties ten gevolge van persoonskaartentellingen (persoonskaartentellingen waren mogelijk tot 1 januari 1995).
Verandering van de omvang en de samenstelling van de bevolking en / of de verdeling van de bevolking over het land.
De verdeling van een bevolking naar bepaalde demografische kenmerken (leeftijd en geslacht, maar ook herkomst , regio of opleidingsniveau).
Grafische figuur die de bevolkingsopbouw van Nederland in een bepaald jaar toont naar leeftijd en geslacht. Leeftijd(sgroep)en zijn gestapeld van jong naar oud. Voor elke leeftijd(sgroep) staat links het aantal mannen en rechts het aantal vrouwen.
Verwachte ontwikkeling van de bevolking in de toekomst. De bevolking wordt onderscheiden naar geslacht, leeftijd en herkomst.
De som van het aantal personen van 0 tot 20 jaar en 65 jaar of ouder in verhouding tot de personen van 20 tot 65 jaar. Dit cijfer geeft inzicht in de verhouding van het niet-werkende deel van de bevolking tot het werkende deel van de bevolking.
Publicatiejaar van de betreffende prognose.
Vertrek van personen naar het buitenland. Tot en met september 1994 werd men uit het bevolkingsregister afgevoerd wanneer men Nederland voor langer dan 360 dagen dacht te verlaten. Met ingang van oktober 1994 geldt dat de verwachte verblijfsduur in het buitenland ten minste acht maanden bedraagt. Het gaat hier steeds om de aan de gemeente gemelde emigratie.
Bevalling, ongeacht de levensvatbaarheid van het kind of de kinderen. De geboortestatistiek betreft geboorten uit vrouwen die ten tijde van de bevalling in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente zijn opgenomen, ongeacht het land waar de bevalling heeft plaatsgevonden. Daarentegen worden bevallingen in Nederland van vrouwen die niet in een gemeentelijk bevolkingsregister zijn opgenomen niet meegeteld.
Het aantal levend geborenen per 1000 personen per jaar (meestal per land).
Nadere onderscheiding van personen met een buitenlandse herkomst naar personen die in het buitenland zijn geboren (migranten) en personen die in Nederland zijn geboren en van wie een of beide ouders in het buitenland is/zijn geboren (kinderen van migranten; tweede generatie).
Variabele waarmee onderscheid wordt gemaakt tussen mannen en vrouwen.
De verhouding tussen het aantal personen van 65 jaar of ouder en het aantal personen van 20 tot 65 jaar. Dit cijfer geeft inzicht in de verhouding van de ouderen tot het werkende deel van de bevolking.
De verhouding tussen het aantal personen van 0 tot 20 jaar en het aantal personen van 20 tot 65 jaar. Dit cijfer geeft inzicht in de verhouding van de jeugd tot het werkende deel van de bevolking.
De herkomst van personen die in het buitenland zijn geboren wordt bepaald door hun eigen geboorteland. Bij personen die in Nederland geboren zijn, wordt de herkomst bepaald door het geboorteland van de ouders. Wanneer beide ouders in het buitenland zijn geboren, is het geboorteland van de moeder leidend in het bepalen van de herkomst. De geboortegegevens van de moeder zijn vaker bekend dan die van de vader. Wanneer de moeder in Nederland is geboren of het geboorteland van de moeder onbekend is, dan wordt het geboorteland van de vader gebruikt.
Particulier of institutioneel huishouden.
Plaats die een persoon in een huishouden inneemt ten opzichte van de referentiepersoon van het huishouden. Zie ook Referentiepersoon.
Verwachte ontwikkeling van het aantal huishoudens naar type en omvang in de toekomst, alsmede de bevolking naar positie in het huishouden in de toekomst.
Vestiging van personen vanuit het buitenland in Nederland. Om als immigrant te kunnen worden geteld dienen deze personen ingeschreven te worden in de gemeentelijke bevolkingsregisters. Tot en met september 1994: een aantal speciale gevallen uitgezonderd, vond opneming voor een persoon met de Nederlandse nationaliteit plaats als deze zich voor langer dan 30 dagen dacht te vestigen en voor een persoon met een niet-Nederlandse nationaliteit als de verwachte vestigingsduur de 180 dagen overschreed. Vanaf oktober 1994: men wordt ingeschreven als men verwacht minimaal vier maanden in Nederland te blijven.
Vestiging van personen vanuit en vertrek van personen naar het buitenland.
Verwachte ontwikkeling van de bevolking in de toekomst. De bevolking wordt onderscheiden naar geslacht en leeftijd.
Landengroep gebruikt in de Varianten van de Bevolking 2050. Dit zijn Turkije, Marokko, Suriname, Indonesië en de voormalige Nederlandse Antillen.
Het aantal gehele jaren dat is verstreken sinds de geboortedatum van de persoon. Er worden twee standaardomschrijvingen onderscheiden, nl. de leeftijd op 31 december en de exacte leeftijd.
Kind dat na geboorte enig teken van leven heeft vertoond, ongeacht de zwangerschapsduur. Een levend geboren kind wordt door het CBS geteld als het kind is geregistreerd als inwoner van een Nederlandse gemeente.
Het aantal jaren dat een persoon van een bepaalde leeftijd naar verwachting nog zal leven, berekend uit een overlevingstafel.
De middenvariant komt overeen met de CBS prognose van het betreffende jaar.
In het buitenland geboren persoon.
Kenmerk dat weergeeft met welk land een persoon verbonden is op basis van het geboorteland van de ouders of van zichzelf. Een persoon met een eerste generatie migratieachtergrond heeft als migratieachtergrond het land waar hij of zij is geboren. Een persoon met een tweede generatie migratieachtergrond heeft als migratieachtergrond het geboorteland van de moeder, tenzij dat ook Nederland is. In dat geval is de migratieachtergrond bepaald door het geboorteland van de vader.
Het aantal personen dat zich in Nederland vestigt min het aantal inwoners dat Nederland verlaat om zich buiten Nederland te vestigen.
Het aantal geboorten minus het aantal sterfgevallen.
Het betreft het niveau van de hoogst behaalde opleiding in drie categorieën:
  • Laag: niveau basisonderwijs, vmbo-b/k, vmbo-g/t, havo-, vwo onderbouw, mbo1, praktijkonderwijs
  • Middel: niveau mbo 2, 3 of 4 en havo-, vwo bovenbouw
  • Hoog: niveau hbo, wo, postacademisch en doctoraat. NB Hbo en wo propedeuse vallen onder middelbaar niveau.
Persoon die is overleden waarbij een bevoegde arts een overlijdensakte heeft ondertekend.
Interval waarbinnen de bevolking (of het aantal huishoudens) zich met een bepaalde waarschijnlijkheid in de toekomst zal bevinden.Er wordt onderscheiden dat de kans dat de toekomstige bevolkingsomvang (of het aantal huishoudens) zich hier tussen zal bevinden 67 procent dan wel 95 procent bedraagt.
Lid van het huishouden ten opzichte van wie de posities van de andere leden in het huishouden worden bepaald en van wie de kenmerken eventueel ook aan het huishouden worden toegekend. Uit de leden van het huishouden wordt de referentiepersoon als volgt gekozen:
  • als er een paar is binnen het huishouden: de man;
  • als het paar van gelijk geslacht is: de oudste van het paar;
  • in een eenouderhuishouden: de ouder;
  • in een overig huishouden: de oudste meerderjarige man of - als deze ontbreekt - de oudste meerderjarige vrouw.
Aantal inwoners op een zeker moment, bijvoorbeeld 1 januari 2023, eventueel uitgesplitst naar demografische kenmerken.
Het aantal personen dat is overleden waarbij een bevoegde arts een overlijdensakte heeft ondertekend. Overledenen worden geteld naar de woongemeente en niet naar de gemeente van overlijden. In CBS-statistieken heeft sterfte betrekking op het aantal personen dat tijdens het overlijden in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente is opgenomen, ongeacht het land waar het overlijden heeft plaatsgevonden. Personen die niet in Nederland wonen maar wel hier overlijden worden niet meegeteld.
Aantal personen die in een bepaald tijdvak toetreden tot of uitstromen uit een (deel)bevolking, bijvoorbeeld immigranten die zich in Nederland vestigen in een bepaald jaar.
Aanname over de werkelijkheid voor wat betreft factoren waarop de bevolkingsprognose wordt gebaseerd. Bijvoorbeeld de veronderstelling dat er meer immigranten naar Nederland komen bij stijgende vraag naar buitenlandse arbeid.

Afkortingen

BRP - Basisregistratie Personen

BSN - Burgerservicenummer

BZK - Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

CBS - Centraal Bureau voor de Statistiek

EBB - Enquête beroepsbevolking

EFTA - European Free Trade Association

EU - Europese Unie

GBA - Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens

IND - Immigratie- en Naturalisatiedienst

NIDI - Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut

SZW - Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid