Bronnen
Het Algemeen Bedrijven Register (ABR) vormt voor het CBS de ruggengraat van het statistisch proces voor economische statistieken. Het ABR is een systeem waarin identificerende gegevens en structuurgegevens over alle bedrijven en instellingen (inclusief zelfstandigen) zijn geregistreerd. Hieruit worden de statistische eenheden bedrijfseenheid, ondernemingengroep en lokale bedrijfseenheid afgeleid. Het ABR bevat informatie over de economische activiteit en het aantal werkzame personen. Daarnaast bevat het ABR ook informatie over bepaalde 'events'. Een event geeft een gebeurtenis of wijziging weer binnen het ABR: bijvoorbeeld de oprichting, overname of opheffing van een bedrijf.
Leverancier
Kamer van Koophandel (KvK), Belastingdienst, Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), De Nederlandsche Bank (DNB) en het CBS.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Gegevens worden doorlopend geactualiseerd.
Bijzonderheden
De Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) is een registratie waarin gemeentelijke basisgegevens over alle gebouwen en adressen in Nederland zijn verzameld. De BAG bestaat uit twee samenhangende basisregistraties: de Basisregistratie Adressen en de Basisregistratie Gebouwen. De Basisregistratie Adressen bevat alle officiële, als zodanig toegekende, adressen op Nederlands grondgebied. Een adres is de door de bevoegde gemeente toegekende benaming, bestaande uit de naam van een openbare ruimte (straat), een nummeraanduiding (huisnummer en toevoegingen) en woonplaats. Adressen worden toegekend aan adresseerbare objecten uit de Basisregistratie Gebouwen. In de Basisregistratie Gebouwen zijn alle panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen geregistreerd. Deze 'objecttypen' zijn afgebakend en voorzien van een unieke aanduiding. Bepaalde gegevens behorende bij de objecttypen (zoals de oppervlakte en het bouwjaar) zijn ook in de registratie opgenomen. Aan ieder object is minimaal één adres gekoppeld. Daarnaast zijn nevenadressen mogelijk. Aan panden zonder verblijfsobject (zoals onzelfstandige bijgebouwen) wordt geen adres toegekend.
Leverancier
De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de vulling van de BAG. Het Kadaster beheert de BAG en krijgt de gegevens aangeleverd door de gemeenten.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De BAG komt maandelijks beschikbaar.
Bijzonderheden
Het CBS maakt vanaf 1 januari 2012 gebruik van de BAG.
De Basisregistratie Personen (BRP) is de digitale bevolkingsregistratie van Nederland, en (sinds 2014) de opvolger van de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). De BRP bevat gegevens over ingezetenen en niet-ingezetenen. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het bijhouden van de gegevens over ingezetenen. Gegevens over niet-ingezetenen worden bijgehouden door het ministerie van BZK. Elke persoon die naar verwachting ten minste vier maanden rechtmatig in Nederland verblijft, moet ingeschreven worden als ingezetene. Wanneer iemand niet aan deze voorwaarden voldoet maar wel een relatie heeft met de Nederlandse overheid, wordt de persoon ingeschreven als niet-ingezetene. Te denken valt aan mensen die buiten Nederland wonen en hier werken, studeren, onroerend goed bezitten, vanuit Nederland een uitkering genieten, enzovoorts. Ook ingezetenen die naar verwachting ten minste acht maanden buiten Nederland verblijven, worden niet-ingezetene. In de BRP zijn van iedere ingeschrevene gegevens als burgerservicenummer (BSN), geboortedatum, geslacht, geboorteland en woonplaats geregistreerd, van ingezetenen bovendien gegevens over de ouders, partners en kinderen. Voor ingezetenen wordt een adres in Nederland geregistreerd, voor niet-ingezetenen een adres buiten Nederland. Voor meer informatie over de BRP wordt verwezen naar de website van de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens http://www.rvig.nl/brp.
Leverancier
Gemeenten
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Gegevens worden doorlopend geactualiseerd.
Bijzonderheden
In dit onderzoek worden alleen de gegevens gebruikt van personen die als ingezetene in de BRP ingeschreven staan of ooit ingeschreven hebben gestaan.
Basisregistratie voertuigen bevat alle kentekenplichtige voertuigen zoals geregistreerd bij de RDW in Nederland. In de Basisregistratie Voertuigen (BRV) staan de gegevens van voertuigen, kentekenbewijzen en personen aan wie het kentekenbewijs is afgegeven. Uit de registratie verstrekt de RDW informatie aan overheden, inwoners en ondernemers.
Leverancier
RDW
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Eenmalig
Bijzonderheden
De RDW beheert het kentekenregister (KR) op grond van artikel 42 lid 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW'94). De RDW als bestuursorgaan is bij de uitvoering van deze taak gehouden aan het betrachten van de uiterste zorgvuldigheid, gelet op het doel van het KR, zoals bepaald in artikel 42 lid 3 WVW'94 en op het belang van de in het register geregistreerde gegevens. Sinds 1 juli 2008 fungeert het kentekenregister als 'basisregistratie voertuigen'. Hiermee wordt de registratie van belangrijke gegevens over voertuigen en hun eigenaren/houders onderdeel van het stelsel van basisregistraties in Nederland.
Dit bestand bevat gegevens over oninbaar geleden schulden bij de Belastingdienst.
Leverancier
Belastingdienst
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
In het kader van dit project aan het CBS aangeleverd door de Belastingdienst
Bijzonderheden
Het bestand met betrekking tot 1 januari 2015 en 1 januari 2016 is niet beschikbaar voor het CBS.
Dit bestand bevat gegevens of een persoon een overige aanslag heeft openstaan bij de Belastingdienst.
Leverancier
Belastingdienst
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
In het kader van dit project aan het CBS aangeleverd door de Belastingdienst
Bijzonderheden
Het bestand met betrekking tot 1 januari 2017 bevat onregelmatigheden.
Dit bestand bevat gegevens of een persoon een toeslagbedrag heeft openstaan bij de Belastingdienst. Het gaat hier om bedragen voor huur-, zorg en kinderopvangtoeslag en kindgebondenbudget.
Leverancier
Belastingdienst
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
In het kader van dit project aan het CBS aangeleverd door de Belastingdienst
Bijzonderheden
Het bestand met betrekking tot 1 januari 2017 bevat onregelmatigheden.
Dit bestand bevat gegevens over openstaande betalingen voor Wet Mulder-boetes. Wet Mulder-boetes zijn boetes die zijn uitgeschreven voor (lichtere) verkeersovertredingen.
Leverancier
CJIB
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
In het kader van dit project aan het CBS aangeleverd door het CJIB
Bijzonderheden
-
Dit bestand bevat gegevens of een persoon een betalingsachterstand heeft bij DUO.
Leverancier
DUO
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
In het kader van dit project aan het CBS aangeleverd door de DUO
Bijzonderheden
Het bestand met betrekking tot 1 januari 2015 en 1 januari 2017 is niet beschikbaar voor het CBS.
Gegevens over personen die gebruik maken van zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz) worden door het CAK geregistreerd voor het bepalen van de wettelijke eigen bijdrage voor deze zorg voor personen van 18 jaar en ouder.
Leverancier
Het CAK
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens worden jaarlijks aangeleverd.
Bijzonderheden
-
Gegevens over personen die gebruik maken van zorg vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) worden door het CAK geregistreerd voor het bepalen van de wettelijke eigen bijdrage voor deze zorg voor personen van 18 jaar en ouder.
Leverancier
Het CAK
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens worden jaarlijks aangeleverd.
Bijzonderheden
Gemeenten hebben de vrijheid om Wmo-zorg als algemene- of als maatwerkvoorziening aan te bieden en daar al dan niet een eigen bijdrage voor te vragen. Het CAK registreert alleen maatwerkvoorzieningen waarvoor een eigen bijdrage gevraagd wordt. De keuze van gemeenten heeft daardoor effect op de door het CAK geregistreerde zorg en de cijfers die daarop gebaseerd zijn.
In 2019 is het abonnementstarief voor de eigen bijdrage voor Wmo-zorg ingevoerd.
Het Geografisch basisregister (GBR) bevat alle adressen van Nederland voorzien van de postcode, de gemeentecode, de wijk- en buurtcode en de coördinaten van het betrokken 500x500meter rastervierkant. Op basis van hiervan wordt de stedelijkheid van een gebied bepaald. Het is een maatstaf voor de concentratie van menselijke activiteiten (wonen, werken, schoolgaan, winkelen, uitgaan etc.) gebaseerd op de gemiddelde omgevingsadressendichtheid (OAD).
Leverancier
Post NL (voorheen TNT Post).
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Het register wordt jaarlijks gegenereerd.
Bijzonderheden
Het bestand bevat het jaarinkomen van alle huishoudens behorende tot de bevolking van Nederland op 1 januari van het verslagjaar.
Leverancier
De belangrijkste berichtgever is de Belastingdienst.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks sinds 2011.
Bijzonderheden
Dit bestand in de huidige vorm wordt sinds 2017 gemaakt en is de vervanging voor de oude bron met het jaarinkomen van huishoudens.
Het bestand bevat het jaarinkomen van alle personen behorende tot de bevolking van Nederland op 1 januari van het verslagjaar.
Leverancier
De belangrijkste berichtgever is de Belastingdienst.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks sinds 2011.
Bijzonderheden
Dit bestand in de huidige vorm wordt sinds 2017 gemaakt en is de vervanging voor de oude bron met het jaarinkomen van personen.
Het geheel van jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering dat onder verantwoordelijkheid van de gemeente wordt uitgevoerd volgens de Jeugdwet (2014).
Leverancier
Jeugdzorgtrajecten worden bijeengebracht uit bestanden die door alle aanbieders van jeugdhulp en de gecertificeerde instellingen aan CBS worden geleverd. Gecertificeerde instellingen (GI) voeren jeugdbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering uit.
Integraal of steekproef
Integraal (per verslagperiode blijkt dat ruim 90 procent van de jeugdzorgaanbieders gegevens aanlevert, waaronder ook alle gecertificeerde instellingen. Er is niet gecorrigeerd voor zorg die ontbreekt doordat berichtgevers niet hebben gereageerd).
Periodiciteit
Half jaarlijks sinds 2015
Bijzonderheden
Voor meer informatie zie: https://www.cbs.nl/nl-nl/onze-diensten/methoden/onderzoeksomschrijvingen/korte-onderzoeksbeschrijvingen/beleidsinformatie-jeugd
Dit bestand bevat de bij zorgverzekeraars gedeclareerde (en goedgekeurde) zorgkosten, die vallen onder de basisverzekering van de Zorgverzekeringswet (Zvw). De zorgkosten zijn inclusief de kosten die vanwege het verplicht of vrijwillig eigen risico uiteindelijk door de verzekerden zelf zijn betaald. Niet meegenomen zijn kosten die zijn vergoed door een aanvullende verzekering en eigen bijdragen. De doelpopulatie bestaat uit personen die in het betreffende jaar tenminste een dag in de GBA stonden, die verzekeringsplichtig waren en ook minimaal een dag verzekerd zijn geweest in het jaar.
Leverancier
Vektis
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks, sinds 2009.
Bijzonderheden
-
Het opleidingsniveaubestand vertegenwoordigt het hoogst behaalde en hoogst gevolgde opleidingsniveau van de Nederlandse bevolking op peilmoment (1 oktober van jaar JJJJ). Het bestand is gebaseerd op gegevens uit diverse registers (o.a. onderwijsregistraties) en de Enquête BeroepsBevolking (EBB). Door het gebruik van meerdere (jaargangen van) bronnen heeft het opleidingsniveaubestand een zeer hoge dekkingsgraad (2015: bijna 11 miljoen personen) die bovendien jaarlijks toeneemt. Alhoewel de dekkingsgraad hoog is, vertegenwoordigt het bestand niet de gehele doelpopulatie. Onderwijsregistraties geven per schooljaar een integraal overzicht van de in dat jaar gevolgde en/of voltooide opleidingen. Het CBS beschikt sinds ruim tien jaar over deze bestanden. Dit betekent dat voor vrijwel alle jongeren het hoogst behaalde opleidingsniveau bekend is. Zo zijn er vanaf schooljaar 2004/2005 registraties van het MBO beschikbaar en al vanaf medio jaren '80 gegevens over het HBO en de universiteit. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van bestanden met opleidingsgeschiedenissen zoals opgegeven door werkzoekenden bij het UWV WERKbedrijf (personen die ingeschreven stonden in 2010 of later). Om het opleidingsniveau te bepalen van personen die vóór die tijd zijn afgestudeerd, wordt vooral gebruik gemaakt van de EBB, maar ook het bronbestand van het UWV WERKBedrijf wordt daarvoor benut. De EBB wordt verder ook gebruikt voor niet door overheid bekostigd onderwijs, zoals particulier onderwijs, onderwijs in het buitenland en lange bedrijfsopleidingen en cursussen. De EBB is een steekproefonderzoek onder personen die in Nederland wonen. In het opleidingsniveaubestand is gebruik gemaakt van EBB-informatie vanaf 2004.
Leverancier
Het CBS stelt het bestand samen op basis van registraties van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en het UWV WERKbedrijf, en op basis van steekproeven onder personen (EBB) die afkomstig zijn van het CBS.
Integraal of steekproef
Deels steekproef. Registratiegegevens worden aangevuld met steekproefgegevens uit de EBB.
Periodiciteit
Per jaar is één opleidingsbestand beschikbaar, met daarin de meest actueel bekende opleidingsgegevens van de bevolking op 1 oktober.
Bijzonderheden
Om representatieve schattingen te verkrijgen van het opleidingsniveau voor de integrale bevolking of deelpopulaties daarvan, bevat het bestand een ophooggewicht. Zoals in ieder steekproefonderzoek hebben de opgehoogde aantallen een onnauwkeurigheidsmarge.
De Polisadministratie bevat gegevens over banen en is gebaseerd op data uit de loonaangiften van de Belastingdienst. De loonaangiften bevatten gegevens over inkomstenverhoudingen (uit de loonadministratie) van werkgevers en andere inhoudingsplichtigen. Het doel van de Polisadministratie is inzicht te krijgen in arbeidscontracten en loon van werknemers.
Leverancier
De Belastingdienst ontvangt de loonaangifte en UWV maakt daar de Polisadministratie van.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De Polisadministratie komt halfjaarlijks beschikbaar.
Bijzonderheden
De registraties van uitkeringen bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) bestaan uit uitkeringen van personen. De SVB registreert uitkeringen op basis van de Algemene Ouderdomswet (AOW), de Algemene Nabestaandenwet (ANW) en de kinderbijslag.
Leverancier
SVB.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens komen jaarlijks beschikbaar.
Bijzonderheden
De registraties van uitkeringen bij de gemeenten bestaan uit uitkeringen van personen. De gemeenten registreren bijstandsuitkeringen. Hieronder vallen uitkeringen in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ).
Leverancier
Gemeenten.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens komen halfjaarlijks beschikbaar.
Bijzonderheden
De registraties van uitkeringen bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) bestaan uit uitkeringen van personen. Het UWV registreert van de meeste uitkeringen zowel het recht als de betaling. In de registraties komen ook Nederlandse uitkeringen voor aan mensen die niet in Nederland wonen. Het UWV registreert werkloosheidsuitkeringen (WW), uitkeringen in het kader van de Ziektewet (ZW) en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (AO). Onder de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen vallen uitkeringen op grond van de volgende wetten: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) en de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong).
Leverancier
UWV.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens komen maandelijks beschikbaar.
Bijzonderheden
[De beschrijving moet worden aangepast obv de uitkeringen die gebruikt worden]
De registratie van zelfstandigen bevat gegevens over personen die in een verslagjaar inkomen in de vorm van 'belastbare winst uit onderneming' hebben gehad. De aangifte- en inkomensgegevens worden afgeleid uit de winstaangiften Inkomstenbelasting (IB) en voorlopige IB-aanslagen. Daarnaast wordt er via het Algemeen Bedrijven Register (ABR) gekeken of er een relatie is tussen een persoon en een onderneming. Dit kan een arbeidsrelatie zijn, maar ook een relatie in de vorm van recht op een winstaandeel (bijvoorbeeld bij het beschikbaar stellen van vermogen).
Leverancier
Belastingdienst en overige berichtgevers van het ABR: Kamer van Koophandel (KvK), Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), De Nederlandsche Bank (DNB) en verschillende CBS-onderzoeken.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens worden jaarlijks aangeleverd.
Bijzonderheden
Het doel van de registratie Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) is het geven van een statistische beschrijving van de bij de arrondissementsrechtbanken verleende en be
Leverancier
Raad voor de Rechtspraak
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks
Bijzonderheden
-
Het SSB is een stelsel van registers en enquêtes, die op persoonsniveau aan elkaar zijn gekoppeld. Per jaargang worden meer dan 50 verschillende registers gebruikt. Deze registers hebben betrekking op verschillende sociaaleconomische onderwerpen, zoals banen, uitkeringen, woningen en onderwijs. De doelpopulatie van het SSB bestaat uit alle personen die in Nederland wonen, en personen die niet in Nederland wonen maar in Nederland werken of een uitkering dan wel pensioen vanuit Nederland ontvangen. Er staan in het SSB gegevens over banen, uitkeringen, personen, huishoudens en bedrijven.
Leverancier
CBS op basis van verschillende registers en enquêtes
Integraal of steekproef
Integraal en steekproef.
Periodiciteit
Varieert.
Bijzonderheden
Dit bestand bevat gegevens over de vermogens op 1 januari van het onderzoeksjaar van huishoudens die behoren tot de bevolking van Nederland aan het einde van het jaar voorafgaande aan het onderzoeksjaar.
Leverancier
De belangrijkste berichtgever is de Belastingdienst.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks.
Bijzonderheden
Het bestand bevat informatie over het type woning en niet-woning, eigendom en WOZ-waarde op 1 januari. Hierbij is de WOZ-registratie gekoppeld aan de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). De WOZ-gegevens zijn afkomstig van de Belastingdienst.
Leverancier
Gemeenten zijn bronhouder van de Basisregistratie Waarde Onroerende Zaken (WOZ).
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
De gegevens komen jaarlijks beschikbaar.
Bijzonderheden
De registratie <91>wanbetalers zorgverzekeringswet<92> bevat informatie over het aantal wanbetalers in het kader van de Zorgverzekeringswet onder de personen van 18 jaar of ouder die ingeschreven staan in de BRP. De doelpopulatie bestaat uit alle personen die ingeschreven staan in de BRP, verzekeringsplichtig zijn in het kader van de Zorgverzekeringswet, ten minste zes maanden geen premie voor hun basisverzekering hebben betaald, aangemeld zijn bij het Zorginstituut Nederland, in het bestuursrechtelijke premieregime zitten (d.w.z. een verhoogde premie betalen aan het Zorginstituut Nederland) en 18 jaar of ouder zijn.
Leverancier
Voor de cijfers over de jaren 2006 tot en met 2009 ontving het CBS de gegevens van de zorgverzekeraars. Vanaf 2010 ontvangt het CBS deze informatie van het Zorg instituut Nederland.
Integraal of steekproef
Integraal.
Periodiciteit
Jaarlijks
Bijzonderheden
-
Begrippen
Een alleenstaande vormt een eenpersoonshuishouden.
Tot eenpersoonshuishoudens worden ook personen gerekend die met anderen op eenzelfde adres wonen maar een eigen huishouding voeren. Alleenstaanden worden in alle burgerlijke staten aangetroffen; zo kunnen gehuwden na het stuklopen van hun relatie (in afwachting van een scheiding) alleen wonen.
Er zijn twee hoofdgroepen te onderscheiden namelijk vast contract en flex- en/of tijdelijk contract.
- Tot de hoofdgroep vast contract behoren de banen waarbij de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
n een vast aantal uren per week is. - Tot de hoofdgroep flex- en/of tijdelijk contract behoren de banen waarbij de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd
f een flexibel aantal uren per week is.
Bij de mensen van Eindhoven en Heerlen is de nieuwe definitie van arbeidsrelatie gebruikt. Bij de mensen van Leiden, Groningen en het Stedelijk Gebied Eindhoven is de oude definitie van arbeidsrelatie gebruikt.
Er zijn twee hoofdgroepen te onderscheiden namelijk reguliere banen en flexibele banen.
- Tot de hoofdgroep reguliere banen behoren de banen waarbij in de arbeidsovereenkomst een vaste arbeidsduur is opgenomen.
- Tot de hoofdgroep flexibele banen behoren de banen van oproep- en uitzendkrachten en andere werknemers met wie geen vaste arbeidsduur is overeengekomen.
Bij de mensen van Eindhoven en Heerlen is de nieuwe definitie van arbeidsrelatie gebruikt. Bij de mensen van Leiden, Groningen en het Stedelijk Gebied Eindhoven is de oude definitie van arbeidsrelatie gebruikt.
Op 1 augustus 1998 werd deze wet vervangen door de Wet op het Primair Onderwijs (WPO). De WPO regelt zowel het basisonderwijs zoals opgenomen in de WBO als het speciaal basisonderwijs, dat bestaat uit het voormalige so-lom (speciaal onderwijs (basis) voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden) en so-mlk (speciaal onderwijs (basis) voor moeilijk lerende kinderen). Het basisonderwijs is bedoeld voor kinderen vanaf 4 jaar.
'Bedrijfstak' of 'branche' zijn gangbare termen voor groepen van bedrijven met dezelfde hoofdactiviteit. Het CBS hanteert voor de indeling van bedrijven naar hoofdactiviteit de zogenoemde Standaard Bedrijfsindeling (SBI). Bedrijven in een bedrijfstak of branche kunnen naast deze activiteit ook andere activiteiten (nevenactiviteiten) uitoefenen.
Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Functies kunnen echter ook gemengd voorkomen.
De gemeenten in Nederland zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.
Kijk voor meer informatie op de pagina 'Methode'.
- Koopwoning;
- Woningcorporatie;
- Overige verhuurders.
Definitie
De persoon voldoet aan ten minste
- Volgt een WSNP-traject.
- Heeft ten minste zes maanden de zorgpremie niet betaald.
- Een betalingsachterstand van een Wet Mulder-boete bij het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) heeft waarvan de tweede aanmaning ten minste twee maanden openstaat, of zich al in een ernstigere wanbetalersfase bevindt. Daarnaast moet het openstaande bedrag in totaal minimaal 50 euro zijn.
- Heeft langer dan 27 maanden een toeslagschuld van totaal minimaal 50 euro openstaan bij de Belastingdienst.
- Heeft langer dan 15 maanden een schuld van totaal minimaal 50 euro voor overige belastingaanslagen openstaan bij de Belastingdienst.
- Heeft een belastingschuld die in de 12 maanden voor het peilmoment oninbaar is geleden.
- Heeft een betalingsachterstand bij de DUO van 3 maanden of langer en van minimaal 270 euro.
Toelichting bij de definitie
Er wordt gesproken van smalle definitie omdat in tegenstelling tot de volledige definitie van geregistreerde problematische schulden de volgende voorwaarden niet zijn meegenomen:
- Volgt een bij BKR geregistreerd minnelijk traject.
- Heeft een bij BKR geregistreerde betalingsachterstand.
- Is in het Centraal Curatele en Bewindregister (CCBR) opgenomen op grond van verkwisting en/of problematische schulden.
Bij de mensen van Eindhoven en Heerlen is de nieuwe definitie van herkomstland gebruikt. Bij de mensen van Leiden, Groningen en het Stedelijk Gebied Eindhoven is de oude definitie van herkomstland gebruikt.
Bij de mensen van Eindhoven en Heerlen is de nieuwe definitie van herkomstland gebruikt. Bij de mensen van Leiden, Groningen en het Stedelijk Gebied Eindhoven is de oude definitie van herkomstland gebruikt.
Vanaf het schooljaar 1998/'99 zijn er in de hogere leerjaren van het havo een aantal zaken veranderd. Een belangrijk onderdeel van de wijzigingen is de invoering van de zogenaamde profielen, waardoor de vrije keuze van examenvakken grotendeels kwam te vervallen. Vanaf 1998/'99 kunnen havisten kiezen uit onderstaande profielen, dat wil zeggen onderwijsprogramma’s die een relatief vaststaand vakkenpakket voor het eindexamen hebben:
- natuur en techniek;
- natuur en gezondheid;
- economie en maatschappij;
- cultuur en maatschappij.
Hbo-bacheloropleidingen duren meestal vier jaar, waarvan een jaar propedeuse en drie jaar vervolgstudie. Ze leiden vooral op tot hogere, management- of specialistische functies. Naast overdracht van vaktheoretische kennis zijn hbo-opleidingen primair gericht op de ontwikkeling van vaardigheden die aansluiten bij de beroepspraktijk. Om goed op een werkomgeving voorbereid te zijn, lopen de studenten tijdens hun opleiding meestal één of twee maal stage.
Om de instroom van mbo’ers en werkenden in het hoger beroepsonderwijs te stimuleren zijn er in het studiejaar 2006/'07 pilots gestart met associate-degreeprogramma’s. Dat zijn tweejarige programma’s binnen hbo-bacheloropleidingen die worden afgesloten met een wettelijke graad.
Voor het volgen van een bacheloropleiding of een associate-degreeprogramma aan een hogeschool moet men in principe minimaal een havo- of vwo-diploma of een mbo-diploma op niveau 4 hebben. In sommige gevallen gelden er nog aanvullende eisen.
Hbo-masteropleidingen duren 1 à 2 jaar. Zij bieden een verdere specialisatie of verbreding van voorafgaande hbo-bacheloropleidingen, maar zijn veelal ook toegankelijk voor afgestudeerden met een universitaire opleiding.
Voor een erkende bachelor- en associate-degree-opleiding komt een student in aanmerking voor studiefinanciering. Voor een masteropleiding in het hbo is dit niet het geval.
Alle in Nederland erkende hbo-opleidingen zijn opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs (CROHO).
1. ondersteuning van en hulp en zorg, niet zijnde preventie, aan jongeren en hun ouders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van of omgaan met de gevolgen van psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, of opvoedingsproblemen van ouders;
2. het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van jongeren met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt;
3. het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij jongeren met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking, die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, met dien verstande dat de leeftijdgrens van achttien jaar niet geldt voor jeugdhulp in het kader van jeugdstrafrecht.
In de Jeugdwet zijn randvoorwaarden en kwaliteitseisen opgenomen waaraan de jeugdhulp en/of jeugdhulpaanbieders moeten voldoen, zoals dossiervorming, een plan (hulpverleningsplan, behandelplan) en bewaking en beheersing van de kwaliteit. Voor de jeugdhulp waarover aan het CBS gerapporteerd moet worden, gelden al deze randvoorwaarden en eisen. Als een jeugdhulpaanbieder een jeugdige (anonieme) adviezen of consulten biedt, ook al is dat voorafgaand aan de start van jeugdhulp, dan geldt dit niet als jeugdhulp waarover gegevens verstrekt moeten worden aan het CBS. Dit geldt tevens voor het verstrekken van folders en overige vormen van informatie.
Het mbo is in zijn huidige vorm in de plaats gekomen van de vroegere korte en lange mbo-opleidingen (nu beroepsopleidende leerweg of bol) en het vroegere leerlingwezen (nu beroepsbegeleidende leerweg of bbl). Deze opleidingen zijn op 1 augustus 1997 gestart na het van kracht worden van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. Het nieuwe mbo leidt op tot kwalificaties op vier niveaus.
Mbo niveau 1 (assistent) lijkt qua inhoud op de meest eenvoudige opleidingen van het vroegere leerlingwezen. Voor de assistentopleiding gelden geen toelatingseisen. Ze kan worden gevolgd door leerlingen van het vmbo die niet in staat zijn de normale basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo te volgen.
Mbo niveaus 2-4 (basisberoepsbeoefenaar, zelfstandig beroepsbeoefenaar, middenkaderfunctionaris/specialist) komen overeen met de hoger gekwalificeerde opleidingen van het vroegere leerlingwezen en de vroegere korte en lange mbo-opleidingen.
Mbo-opleidingen kunnen op alle niveaus worden gevolgd via de beroepsopleidende leerweg (bol) en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl).
Vanaf het schooljaar 2008/'09 kunnen vmbo-leerlingen in het kader van de experimentele 'Leergang vmbo-mbo2' in één leergang op dezelfde locatie de 2 hoogste leerjaren van de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo combineren met 2 jaren voltijd mbo op niveau 2. Op deze manier wordt bevorderd dat meer leerlingen het onderwijs met een startkwalificatie op mbo 2 niveau verlaten.
Voorbeelden van pensioen zijn ouderdomspensioen, nabestaandenpensioen en invaliditeitspensioen.
De referentiepersoon wordt niet als aparte positie onderscheiden maar neemt een van de andere posities in, behalve die van thuiswonend kind of lid van een institutioneel huishouden.
De volgende indeling is gebruikt:
- Alleenstaand
- Partner
- Kind
- Overig
De volgende indeling is gebruikt:
- Huishouden zonder kinderen
- Huishouden met alleen minderjarig(e) kind(eren)
- Huishouden met alleen meerderjarig(e) kind(eren)
- Huishouden met minder- en meerderjarige kinderen
Hierbij wordt onderscheid gemaakt naar de categorieën:
- Werknemer
- Directeur-grootaandeelhouder
- Zelfstandig ondernemer
- Overige zelfstandige
- Meewerkend gezindslid
- Ontvanger werkloosheidsuitkering
- Ontvanger bijstandsuitkering
- Ontvanger uitkering sociale voorziening overig
- Ontvanger uitkering ziekte/arbeidsongeschiktheid (AO)
- Ontvanger pensioenuitkering
- Schoolgaand/studerend met inkomen
- Schoolgaand/studerend geen inkomen
- Overig zonder inkomen
De SOI-code bestaat uit zes cijfers die zo gedetailleerd mogelijk niveau en richting van een opleiding coderen. De eerste twee cijfers geven het niveau (1-7) respectievelijk het subniveau (0-3) van een opleiding aan. Uit de volgende vier cijfers kan de richting van een opleiding worden afgeleid: sector, subsector, rubrieksgroep en rubriek. Omdat er voortdurend opleidingen bijkomen, wordt deze indeling jaarlijks geactualiseerd. Op het laagste aggregatieniveau, de rubriek sluit de indeling geheel aan bij de indeling naar fields of education and training (ontwikkeld door Eurostat) van de ISCED 1997. Dit is de internationale onderwijsindeling van UNESCO.
De theoretische leerweg is te beschouwen als de opvolger van de mavo en geeft toegang tot de middenkaderopleiding, niveau 4 van de kwalificatiestructuur van het mbo. Het is na diplomering tevens mogelijk door te stromen naar het vierde leerjaar havo.
De gemengde leerweg is te beschouwen als een tussenvorm van de theoretische leerweg en de beroepsgerichte leerwegen, heeft hetzelfde niveau als de theoretische leerweg, maar heeft ook een beroepsgericht vak. De gemengde leerweg geeft toegang tot de middenkaderopleiding, niveau 4 van de kwalificatiestructuur van het mbo.
De kaderberoepsgerichte leerweg is te beschouwen als de opvolger van de hoogste niveaus van het vbo en is de minimale vooropleiding voor de vakopleiding en de middenkaderopleiding, resp. op niveau 3 en 4 van de kwalificatiestructuur van het mbo.
De basisberoepsgerichte leerweg is te beschouwen als de opvolger van de laagste niveaus van het vbo en is bedoeld als vooropleiding voor de basisberoepsopleiding, niveau 2 van de kwalificatiestructuur van het mbo.
Voor bepaalde probleemcategorieën vmbo-leerlingen is het leerwegondersteunend onderwijs ingesteld, waarin dezelfde leerwegen kunnen worden gevolgd en dezelfde diploma's kunnen worden gehaald als in het normale vmbo-onderwijs.
Toelichting
Vanaf het schooljaar 1998/'99 zijn er in de hogere leerjaren van het vwo een aantal zaken veranderd. Een belangrijk onderdeel van de wijzigingen is de invoering van de zogenaamde profielen, waardoor de vrije keuze van examenvakken grotendeels kwam te vervallen.
Vanaf 1998/'99 kunnen vwo-leerlingen kiezen uit onderstaande profielen, dat wil zeggen onderwijsprogramma’s die een relatief vaststaand vakkenpakket voor het eindexamen hebben:
- natuur en techniek;
- natuur en gezondheid;
- economie en maatschappij;
- cultuur en maatschappij.
Het vwo kent twee onderwijssoorten: het atheneum en het gymnasium. Zij hebben bij de profielen een verschillend vakkenpakket. Dit verschil heeft betrekking op de klassieke talen (Grieks en Latijn). Op een lyceum kunnen leerlingen het atheneum of het gymnasium volgen.
1. Zorg met verblijf in een instelling - verpleeg- of verzorgingshuis - gehandicaptenzorginstelling - instelling voor geestelijke gezondheidszorg
2. Zorg thuis (als persoonsgebonden budget, modulair of volledig pakket thuis) De gegevens over mensen die Wlz-zorg ontvangen zijn afkomstig van het CAK. Deze gegevens worden geregistreerd voor het bepalen van de wettelijke eigen bijdrage voor Wlz-zorg voor personen van 18 jaar of ouder.
Een wijk bestaat uit één of meerdere buurten.
- de Werkloosheidswet (WW)
- de Wet werkloosheidsvoorziening (WWV)
- de Rijksgroepregeling werkloze werknemers (Rww)
- de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
- de wachtgeldregelingen bij de overheid (WRO).
Afkortingen
ABR - Algemeen Bedrijven Register
BRP - Basisregistratie Personen
CBS - Centraal Bureau voor de Statistiek
CvB - Centrum voor Beleidsstatistiek
DUO - Dienst Uitvoering Onderwijs
GBR - Geografisch basisregister
havo - hoger algemeen voortgezet onderwijs
hbo - hoger beroepsonderwijs
mbo - middelbaar beroepsonderwijs
SSB - Stelsel van Sociaal-statistische Bestanden
SVB - Sociale Verzekeringsbank
UDC - Urban Data Center
UWV - Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
vavo - voortgezet algemeen volwassenenonderwijs
vmbo - voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs
vwo - voorbereidend wetenschappelijk onderwijs
wo - wetenschappelijk onderwijs
Wlz - Wet langdurige zorg
Wmo - Wet maatschappelijke ondersteuning
WOZ - Waardering onroerende zaken
Via onderstaande knoppen kunnen alle datasets, die in het dashboard zijn gebruikt, gedownload worden (in .csv format). Deze bestanden kunnen onder andere geopend worden in Excel.